Wat zijn de gevolgen van de Wet werk en zekerheid voor het MKB?
Op 18 februari 2014 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel Wet werk en zekerheid aangenomen. Deze wet heeft onder andere het doel meer flexibiliteit en zekerheid te creëren voor flexarbeiders, het ontslagrecht sneller, goedkoper en eerlijker te maken en de WW aan te passen om mensen sneller aan het werk te krijgen.
Waarop moet het MKB zich gaan voorbereiden?
De Wet werk en zekerheid wordt in 3 fases ingevoerd.
Fase 1 wordt al per 1 juli 2014 ingevoerd ondanks het feit dat dit wetsvoorstel nog niet door de Eerste Kamer is aangenomen. Het MKB zal dus al snel over voldoende kennis moeten beschikken als het gaat om de volgende nieuwe regels:
- een proeftijd mag alleen bij een contract tot en met zes maanden;
- een verlenging of beëindiging van een bepaalde tijdscontract moet tijdig plaatsvinden. Indien dit niet (tijdig) gebeurt, heeft dit financiële consequenties;
- een concurrentiebeding is alleen toegestaan bij zwaarwegende bedrijfsbelangen;
- er ontstaat een loonbetalingsverplichting (bij niet oproepen) na 6 maanden bij oproepcontracten. Afwijking is alleen bij cao mogelijk voor functies met incidentele werkzaamheden zonder vaste omvang.
Daarnaast kan een werkgever vanaf 1 juli 2015 minder bepaalde tijdscontracten aangegaan met een werknemer en moet de werkgever dus sneller een onbepaalde tijdscontract geven om de werknemer te behouden.
Fase 2 wordt per 1 juli 2015 ingevoerd en betekent een nieuwe verplichte ontslagroute. Voorheen had de werkgever de keuze, nu wordt voorgeschreven wanneer je naar het UWV of de kantonrechter moet. Daarnaast kan een werknemer tegen iedere beslissing van de kantonrechter in hoger beroep en in cassatie.
Verder zitten er aan het aangaan van een beëindingsovereenkomst (vaststellingsovereenkomst) ook een aantal haken en ogen omdat de werknemer bedenktijd krijgt en de werkgever dit uitdrukkelijk moet meedelen. Juridisch advies in dergelijke zaken is dan ook zeker aan te raden.
Tot slot nog de invoering van de transitievergoeding (vervangt de kantonrechtersformule). Dit brengt met zich mee dat een werkgever bij een arbeidsovereenkomst die minsten 24 maanden heeft geduurd nog wel eens flink in de buidel kan gaan tasten als hij de arbeidsovereenkomst beëindigt of niet verlengt. Hierbij geldt dat bij ontslag, waarbij een slechte financiële situatie wordt aangetoond, voor de hoogte van de transitievergoeding alleen dienstjaren vanaf 1 mei 2013 meetellen.
Fase 3 wordt per 1 januari 2016 ingevoerd en waarbij werknemers die na deze datum instromen recht hebben op een maximale WW van 24 maanden in plaats van 38 maanden. Er geldt wel een afbouwregeling van 3,5 jaar.
Al met al staat er veel te gebeuren op het gebied van het arbeidsrecht en dit betekent ook dat het MKB zich goed dient te laten voorlichten. Daarmee voorkomt de werkgever (financiële) problemen.
Voorlichtingsbijeenkomsten voor MKB
Het MKB kan het beste voorlichtingsbijeenkomsten van een werkgevers- of brancheverenigingen bijwonen en in individuele situaties tijdig een jurist inschakelen voor een goed en praktisch advies.